Tijdens deze bijzondere roadtrip van 26 dagen door Frankrijk is het al weer de 14e dag. Het was een zondag en na de fietstocht van gisteren besloten we er ook maar een rustdag van te maken met een bezoek aan de vismarkt van Sète.
.
De grootste Franse vissershaven aan de Middellandse Zee.
Als je vanaf Agde naar Sète rijdt zie je de 175 meter hoge Mont Saint-Clair die de stad aan deze kant domineert. Je hebt er een prachtig uitzicht over de omgeving. Ik rij deze keer echter door en ga naar het centrum waar ik de auto in de parkeergarage onder het Grand Canal parkeer.
Sète wordt doorkruist door verschillende verbindingskanalen met de Middellandse Zee en het Bassin de Thau. Het is een mooie en gezellige stad met pastelkleurige huizen en smeedijzeren balkonnetjes die het een aparte sfeer geven. In deze plaats zul je snel merken dat het de grootste Franse vissershaven aan de Middellandse Zee is. In het Grand Canal lagen ook veel vissersschepen die blijkbaar op zondag binnenblijven. Normaal gesproken is het er aan het eind van de middag een belevenis met binnenkomende vissersboten vol verse vis. Je kunt zo langs de kades lopen en wie weet wel vers van de boot een lekker maaltje op de kop tikken.
Deze gezellige havenstad is een prima bestemming om dit deel van de Languedoc-Roussillon te ontdekken. Je kunt in de omgeving mooie fietstochten maken, je zit niet ver van Agde, Béziers, Narbonne en Montpellier. De middeleeuwse kasteelstad Carcassonne en de Camargue liggen niet te ver weg voor een mooie dagtocht
Op jacht naar tonijn in Sète
In het centrum van Sète ligt een grote overdekte markthal. Hier kun je werkelijk alles op het gebied van eten en drinken kopen. De producten worden op een heel mooie wijze uitgestald. Ik kocht er zelfs al eens schoongemaakte haricots-verts. Het oude vrouwtje had ze keurig afgewogen in plastic zakjes verpakt. Je hoefde ze alleen nog maar te koken.
De markthal van Sète is er al sinds 1890 en sindsdien vormt de overdekte markt het bruisende hart van deze stad aan de Middellandse Zee. In de loop der jaren verouderde de hal en raakte deze steeds meer in verval. Dat resulteerde in 2011 in een wedstrijd voor architecten. Vanaf die tijd is de nieuwe markthal weer het bruisend centrum van de stad.
Vooral de visafdeling is een genot om te zien. Ik zal nooit vergeten toen ik, misschien wel 20 jaar geleden, stond te kijken bij een visboer die veel publiek trok. Hij maakte er een hele show van als hij forse moten van een super verse tonijn afsneed, nou ja eigenlijk zaagde. Het ging een klein beetje als op een veiling. Je stak je vingers op voor het aantal moten die je wilde hebben. Net toen ik één vinger omhoog wilde steken was de tonijn op. Maar even later kwam er een fors gebouwde man met een complete volwassen tonijn op zijn schouders aanlopen en wierp de immense vis op een tafel. Wat er toen gebeurde zal ik nooit meer vergeten en telkens als ik een stuk tonijn zie of eet moet ik er aan terugdenken. Ik denk overigens niet dat het tegenwoordig nog zo gebeurt, maar ik weet het niet zeker.
Een visboer die applaus krijgt
Nadat de kop er af was gezaagd ging de fors uit de kluiten gebouwde visboer met zijn arm tot aan de schouder de vis in om de ingewanden eruit te halen. Hij maakt met zijn hand in de vis nog even een draaiende beweging en trok in één keer alle ingewanden er uit. Het was eerlijk gezegd niet zo'n smakelijk gezicht maar omdat hij triomfantelijk opkeek naar potentiële klanten, die inmiddels rijen dik voor zijn toonbank stonden, kreeg hij een oorverdovend applaus. Vervolgens wordt de tonijn schoongespoeld en de moten stuk voor stuk er vanaf gezaagd.
Ik stak opnieuw 1 vinger omhoog en besloot dus om één mooie plak tonijn te kopen. Deze woog bijna 500 gram en was ruim genoeg voor ons tweetjes. De moot tonijn was zo groot dat ik mij afvroeg of hij wel in de koekenpan zou passen (ook toen waren wij in Vias op Camping La Carabasse. Maar dat was toen nog een camping met tenten en veel staanplaatsen).
Ik had geen kleingeld en wilde met een biljet van 50 euro betalen. Dat wilde de visboer niet. Hij wilde het alleen precies gepast hebben. Hij gaf de zak met de tonijn aan Marian en gaf mij de 50 euro terug met de mededeling dat ik even wat monnaie (=wisselgeld) moest gaan regelen. Onder het motto the show must go on ging hij gewoon verder met tonijn verkopen en ik op zoek naar wisselgeld. Even later kon ik hem precies gepast betalen en wenste hij ons een bon appetit. Wat een genot om zoiets mee te maken en het vertrouwen dat zo'n man je geeft.
Tips voor de vakantie en fietsen bij het Canal du Midi
Hoewel Sète niet direct aan het Canal du Midi ligt is de verbinding met de vissershaven via het Étang de Thau indertijd bij de aanleg van het Canal du Midi een bewuste keuze geweest. Hierdoor kon namelijk van Sète tot aan Toulouse vracht worden vervoerd om vervolgens via de Garonne naar Bordeaux en de Atlantische Oceaan te kunnen varen. Nu is het een kanaal dat vooral door de pleziervaart wordt gebruikt en op veel plaatsen kun je ook boten huren voor een vaarvakantie op het Canal du Midi.
Onze eerste kennismaking met het Canal du Midi was ooit zelfs het begin van Frankrijk Binnendoor. Mijn eerste verhalen over Frankrijk schreef ik ondermeer over deze prachtige streek bij Agde en Sète. Het Canal du Midi in de Languedoc-Rousillion is echt een heerlijke vakantiebestemming. In het voorjaar is het er mooi met het ontluikende en frisse groen. In de zomer kun je in de schaduw van de bomen heerlijk wandelen en fietsen en in de herfst is het genieten van de prachtige herfstkleuren. Overigens zijn de laatste jaren op veel plaatsen de platanen die voor schaduw zorgden gekapt vanwege ziektes. Ben je avontuurlijk aangelegd dan is een boottocht door de talloze sluizen een fantastische belevenis. Waarom avontuurlijk? Lees dit blog maar eens over het Canal du Midi: Schutteren of Schutten in het Canal-du-Midi
Je kunt vanaf Agde dus naar het Bassin de Thau fietsen (zoals eerder in deze serie beschreven) maar ook richting Béziers en verder tot in het département Aude. Een dag fietsen langs het kanaal vind ik altijd weer leuk. Je kunt bijvoorbeeld met de fietsen op de auto een stuk verderop zodat je bij plaatsen Capstang, Homps en Trèbes langs het kanaal kunt fietsen. Wat ik altijd een mooi stukje vind is van Trèbes naar Carcassonne. Naar Trèbes met de auto is ongeveer 100 kilometer dus het zou op een dag vanaf Via te doen moeten zijn. Van Trèbes naar Carcassonne is langs het kanaal ongeveer 15 kilometer fietsen en echt een aanrader. Althans ik vind het altijd weer leuk Je komt ook over een aquaduct vlakbij Trèbes over de rivier de Orb. Daar zag ik een paar jaar geleden een paar spelende otters. Dat was zo gaaf om te zien.
240 kilometer kanaal om van te genieten
Voor veel mensen was de Languedoc-Roussillon eigenlijk niet meer dan één grote wijngaard met veel vin de Pays waar het lekker weer was en de zee nabij. Daar hoeft overigens niets mis mee te zijn want vaak is de vin de Pays d’Oc prima en vooral betaalbaar. De laatste 15 jaar is er op het gebied van de wijnbouw in deze streek en vooral de Minervois heel veel veranderd. Regionale wijnboeren zijn onder invloed van vooral Australische en Engelse wijnmakers andere technieken gaan gebruiken en daarmee uitstekende wijnen gaan produceren. Dit had ook weer zijn effect op lokale wijnboeren, waarvan er sommigen nu puur biologisch hun wijngaarden onderhouden en wijn maken. Ook is een nieuwe generatie Franse wijnboeren ervaring gaan op doen in Zuid-Amerika, Afrika en Australië en zijn zij steeds meer hun eigen weg gegaan. Het gevolg is dat er nu veel kwalitatief uitstekende wijnen uit deze regio komen.
Trouwens het Canal du Midi is ooit ontsproten aan het brein van Pierre-Paul Riquet. Al eerder was door de Franse koningen Frans I en Henry IV het idee geopperd om met een kanaal een verbinding te maken tussen de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee. Deze ideeën verdwenen echter steeds in de prullenbak omdat het ook in die tijd te duur was om uit te voeren. De Riquet was als baron van Bonrepos de belastinginner van de Franse koning in de Languedoc en een man die zeer inventief was. Het kanaal van zijn idee zou van Toulouse naar het Étang de Thau ruim 240 kilometer lang worden en dwars door een heuvelachtig en soms bergachtig landschap moeten lopen. Dat het kanaal er kwam was te danken aan het ongelooflijke doorzettingsvermogen van Riquet. Er werden ruim 12000 arbeiders ingezet om deze klus te klaren en in 1681 werd het geopend.
Canal du Midi: UNESCO Werelderfgoed
Het Canal du Midi prijkt terecht op de werelderfgoedlijst van UNESCO want het is na de opening in 1681 nog steeds een ongekend knap staaltje werk dat niet alleen 240 kilometer lang is maar ook nog eens 91 sluizen bevat. Maar dat is nog niet alles. Er werd een ingenieus systeem bedacht om het water uit de bergrivieren, van de Montagne Noir, via kanalen af te voeren naar bassins waarmee de waterstand in het kanaal kon worden beïnvloed. Ook werden er andere ingenieuze vindingen gedaan om te zorgen dat het kanaal kon worden gegraven. Zo zijn er diverse aquaducten waarbij het kanaal over een rivier gaat en ook zijn er overlaten gemaakt waar overtollig water uit het kanaal kan worden afgevoerd.
Door sluizen kunnen de hoogte verschillen in het landschap worden overwonnen en soms zijn er meerdere sluizen in een trap achter elkaar. De sluizen hebben een halfronde of elliptische vorm om de druk van de omliggende grond beter te kunnen opvangen. Om tenslotte te voorkomen dat door de warmte van de zon in deze regio het water in het kanaal te snel zou verdampen werden aan weerszijden van het kanaal snelgroeiende bomen aangeplant zoals platanen, populieren en dennen. Langs het kanaal ligt een trek- of jaagpad dat vroeger plaats gaf aan de trekpaarden, maar nu dus de mogelijkheid biedt om het kanaal wandelend of op de fiets te verkennen.
Het Canal du Midi is een heerlijke vakantiebestemming
In de loop der jaren heb ik veel gefietst tussen Castelnaudery en het Étang de Thau. Dus niet de complete 240 kilometer, maar ik heb voor mijn gevoel de mooiste stukken opgezocht om te ontdekken waarom het Canal du Midi een bijzondere vakantieplek is.
Je kunt ook ergens langs het kanaal een motorboot huren en zelf vanaf het water de mooie omgeving ontdekken. Het is mogelijk om een wekenlange vakantie te houden en met een boot het kanaal te verkennen. Je kunt op veel plaatsen boten huren. Je zult dan wel stressbestendig moeten zijn want door de vele sluizen is het om de zoveel kilometer een kwestie van sluis in, boot recht houden met de touwen, sluis uit en op naar de volgende sluis. Waar het proces zich weer precies hetzelfde herhaalt.
Met eigen ogen hebben wij meerdere keren vanaf de kant het schouwspel gezien. We hebben het nooit aan een sluiswachter gevraagd, maar wij kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat zij regelmatig de eerste tekenen van een echtscheiding vanaf hun stoel onder een boom of parasol hebben waargenomen. Ik ben er zelf een keer getuige van geweest hoe een Engels echtpaar een sluiswachter behoorlijk kwaad kreeg. Vermoedelijk had het stel pas een boot gehuurd en nog geen ervaring hoe het werkt om je boot bij stijgend of dalend water in het gareel te houden. In dit geval werd het water in de sluis verlaagd zodat op een lager niveau kon worden verder gevaren.
Help! Mijn boot kantelt
De man stond als kapitein achter het stuur en laveerde de boot keurig naar de kant waar de vrouw met een touw de kade opklom om met het touw de boot recht te houden. Alleen zij maakte een foutje. Ze had het touw om een meerpaal gewikkeld waardoor deze vast lag. De sluiswachter drukte op zijn knop waarna het water wegliep naar het lagere niveau. Omdat de vrouw het touw strak bleef houden begon de boot scheef te hangen, schever en nog schever. De sluiswachter riep volgens mij alle scheldwoorden die hij ooit geleerd had en kwam als een idioot aangerend om het touw uit de handen van de vrouw los te rukken en liet het, waarschijnlijk express, meteen los waardoor de boot meteen rechtkwam maar zo vervaarlijk schommelde dat "le captain" bijna overboord sloeg. Ik denk dat ze daarna genoeg geleerd hadden hoe het wel moest of terug zijn gegaan om de boot maar weer in te leveren.
Wat mij wèl super lijkt is om eens een week in een woonboot op het kanaal te verblijven. Dat ga ik misschien ooit nog wel eens doen. Tijdens één van mijn fietstochten kwam ik op het traject tussen Trèbes en Carcassonne, vlak bij een sluis een prachtige boot tegen. La Péniche Lodela ligt er vast afgemeerd. De eigenaar heeft hem comfortabel verbouwd en verhuurt de boot maar wat graag. Bij terugkomst in Nederland ontdekte ik dat deze prachtige plek te huur is via Belvilla
Overigens is dit al weer de laatste dag bij de Middellandse Zee en het Canal du Midi. De volgende dag staat er een reis binnendoor naar de Gorges du Verdon op het programma voor een nieuwe avontuurlijke week in Zuid-Frankrijk.